|
|
1 |
Een multinational:
|
|
|
heeft voordelen ten opzichte van landelijk opererende bedrijven wat betreft R&D.
|
|
|
opereert in verschillende landen
|
|
|
al het genoemde is van toepassing.
|
|
|
heeft voordelen ten opzichte van landelijk opererende bedrijven wat betreft marketing en financiën.
|
|
|
2 |
Als een importerend land een bepaalde soort import totaal verbiedt wordt dat genoemd een:
|
|
|
embargo
|
|
|
tarief
|
|
|
quotum
|
|
|
restrictie
|
|
|
3 |
Enkele aspecten van de politiek-juridische omgeving zijn:
|
|
|
Houding t.o.v. import, politieke stabiliteit, monetaire beperkingen, overheidsbureaucratie
|
|
|
Import- en exportbeperkingen, verplichte bartertrade, winstbeperking
|
|
|
Nationaal innovatie platform, diverse subsidie maatregelen, wetgeving t.a.v. allochtonenbeleid
|
|
|
Overheidregulering, repressieve wetgeving, verplichte ondernemingsraden
|
|
|
4 |
Wat is een voordeel van directe investeringen?
|
|
|
alle zijn voorbeelden van voordelen
|
|
|
de firma kan zijn imago in het gastland verbeteren
|
|
|
de firma ontwikkelt diepere relaties in het gastland
|
|
|
de firma bespaart op kosten
|
|
|
5 |
Een mondiaal opererend bedrijf:
|
|
|
fabriceert en verwerft kapitaal, materiaal en onderdelen daar waar het strategisch voordelig is.
|
|
|
minimaliseert het belang van nationale grenzen
|
|
|
ziet de wereld als 1 markt
|
|
|
doet al het genoemde
|
|
|
6 |
In een bestaanseconomie…
|
|
|
is het overgrote deel van de bevolking werkzaam in de landbouw.
|
|
|
is men zelfvoorzienend als in een autarkie.
|
|
|
is er slechts sprake van monopolistische concurrentie.
|
|
|
heeft elke burger een gegarandeerd minimum-inkomen.
|
|
|
7 |
De grootste betrokkenheid in een buitenlandse markt wordt bereikt met:
|
|
|
directe investeringen
|
|
|
licenties
|
|
|
joint ventures
|
|
|
export
|
|
|
8 |
Welke uitspraak is juist als we het hebben over de culturele omgeving?
|
|
|
Al deze uitspraken zijn juist.
|
|
|
Marketing kan over het algemeen alleen secundaire waarden beïnvloeden.
|
|
|
Culturele waarden veranderen naarmate de tijd verstrijkt.
|
|
|
De culturele omgeving bestaat uit de maatschappelijke kernwaarden, percepties, voorkeuren en gedrag.
|
|
|
9 |
Indirect exporteren houdt in…
|
|
|
dat er geen directe relatie is tussen het bedrijf en de te exporteren producten.
|
|
|
dat er sprake is van contractproductie.
|
|
|
dat er sprake is van een joint venture.
|
|
|
dat er wordt geëxporteerd via onafhankelijke tussenhandel of uit eigen land.
|
|
|
10 |
Licentie houdt in…
|
|
|
dat het exporterende bedrijf slechts een aantal producten mag invoeren
|
|
|
dat met een fabrikant in het buitenland aan contractproductie wordt gedaan.
|
|
|
dat er sprake is van quote en andere invoerbeperkingen
|
|
|
dat een buitenlandse fabrikant tegen een vergoeding bepaalde rechten krijgt.
|
|
|
De antwoordkeuzemogelijkheden in deze oefening worden bij het openen van deze pagina telkens in een nieuwe, willekeurige volgorde weergegeven
|